maandag 1 september 2014

Thomas Ruff


Psychedelische kijk op Mies van der Rohe
Robbert Roos − 28/04/01, 00:00
RECENSIE In de jaren tachtig veroverde Thomas Ruff de kunstwereld met enorme documentairefoto's, die als tableaux vivants de werkelijkheid registreerden. In de fotoreeks van Ruff over huizen van Mies van der Rohe is weinig meer te zien van deze neutrale, registrerende kijk. Een gesprek over ingekleurde luchten en egale vlakken.

Het Chabot Museum in Rotterdam huist in een van de witte villa's in het Museumpark, als monument van het Nederlandse modernisme. Ter gelegenheid van Rotterdam 2001 zijn er diverse activiteiten rond het modernisme en één daarvan is een publicatie van het architectuurtijdschrift Wiederhall over de villa's. Het Chabot Museum ondersteunt de verschijning van het tijdschrift met een expositie van de Duitse kunstfotograaf Thomas Ruff die een geheel eigen kijk geeft op het werk van Mies van der Rohe, de internationale modernistische grootmeester van de villabouw.

Thomas Ruff (1958) behoort tot de groep fotografen die eind jaren tachtig de kunstwereld veroverden met enorme documentairefoto's, die als tableaux vivants de werkelijkheid registreerden. Ruff heeft moeite met het predicaat 'documentairefotograaf'. ,,Wat wij deden, vonden wij vanzelfsprekend. Er gebeurde midden jaren tachtig weinig op het gebied van de schilder- en beeldhouwkunst. Voor mijn generatie was het logisch om niet het schilderen of beeldhouwen als uitdrukkingsmiddel te kiezen, maar de fotografie. Ik was een van de leerlingen van Bernd und Hilla Becher, maar er waren ook anderen die me inspireerden. Ik deed ook niet de fotoacademie, maar de kunstacademie. Ik ben zeker zoveel beïnvloed door mijn medestudenten, die met alle soorten disciplines bezig waren. Voor ons (naast Ruff behoorden Andreas Gursky en Thomas Struth tot de groep fotografen-RR) was het nooit een probleem om foto's als kunst te betitelen. We hebben ook altijd in kunstruimtes geëxposeerd.''

Ruff: ,,Ik ben niet geïnteresseerd in de puur fotografische kant. Ik ben steeds op zoek naar nieuwe vormen van verbeelden. Ik probeer beelden te maken die nieuw zijn en die niemand nog op die manier heeft gemaakt of gezien. Voor iedere serie probeer ik een nieuwe techniek te ontwikkelen of te gebruiken. Ik heb bijvoorbeeld portretten in zwart-wit gemaakt, die refereerden aan politiefoto's. Bij een serie foto's van naakten heb ik mij verdiept in de pixelstructuur. Die pixels heb ik zo opgerekt dat de voorstelling nauwelijks nog herkenbaar is.''

In de fotoreeks van Ruff over huizen van Mies van der Rohe is niets meer te zien van de ultiem neutrale, registrerende kijk uit het begin van zijn carrière. Ruff heeft ze ingewisseld voor een extreem persoonlijke interpretatie van Van der Rohe's villa's. Ingekleurde luchten, beelden die door elkaar worden afgedrukt, gevels die 'gebleekt' of weggepoetst worden, egale vlakken die als een druklaag over beeldelementen worden gelegd, gebouwen die uit het beeld lijken te zoeven, Ruff haalt de hele trukendoos van Photoshop open. De Duitser zwoegt niet meer op de conventionele manier in de donkere kamer op zijn foto's, maar scant de negatieven in en bewerkt ze vervolgens op de computer.

Het manipuleren gaat bij Mies' foto's heel ver. ,,Als je het oeuvre van Mies ziet, dan is alles beredeneerd'', legt Ruff uit. ,,Het werk is uitgemeten en afgepast. Maar Mies zal toch ook wel eens drugs hebben genomen, gek hebben gedaan? De door elkaar afgedrukte negatieven creëren een psychedelisch beeld, het tegenovergestelde van de esthetiek van Mies. Voor architecten is Mies bijkans God. En zo worden zijn gebouwen ook altijd gefotografeerd. Heel respectvol. Mies is ook God, maar ik wilde eens een andere kijk proberen. Waar hij heel harmonieus tot op de pilaren de kleurstellingen uitdacht, probeer ik andere dingen uit en maak een pilaar groen. Juist omdat Mies zo gefocust was op de esthetiek. Ik becommentarieer in de foto's het werk van Mies, maar ook het imago van Mies.''

,,Wanneer je het Tugendhat-huis in het Tsjechische Brno bezoekt en je zit in de zitkamer, de belangrijkste kamer van het huis, dan heeft deze de grandeur en uitstraling van een woonkamer in een bourgeoisiehuis uit de 19de eeuw. Tugendhat gaat over representatie. Door de foto van de zitkamer van Tugendhat iets uit te bleken maak ik die elegantie net een beetje kitschy.''

,,Modernistische architectuur wordt geassocieerd met sociale woningbouw, met het idealisme om voor de gewone mens het leven te verbeteren. Mies heeft echter vrijwel alleen maar luxe privé-villa's ontworpen en nauwelijks sociale woningbouw, eigenlijk alleen in de Weissenhofsiedlung in Stuttgart en een appartementencomplex in Berlijn. Zijn huizen ogen Spartaans, maar zijn heel luxe. Het meest extreem is het Duitse paviljoen voor de wereldtentoonstelling in Barcelona. Dat is louter representativiteit, gebouwd voor een gebeurtenis. Het gebouw is een icoon, de 'locomotief' van het modernisme. Vandaar dat ik het paviljoen op mijn foto als in beweging weergeef.''

Toch is Ruff zijn 'oude' ambacht nog niet verleerd. In de tentoonstelling in het Chabot Museum hangen kleine foto's, geschoten in de badkamers van de villa's. Het zijn informele blikken in een kaal betegeld interieur, bijna terloops. Hun betekenis ligt in het besef dat wat toen heel luxe werd gevonden, nu wordt geassocieerd met sociale woningbouw. Dit soort dubbele bodems wil Ruff graag manifest maken.